In het Nationaal Openbaar Vervoermuseum in Ouwsterhaule krijgt een oude FRAM-bus uit 1971, die al langer deel uitmaakt van de collectie, een grondige restauratie. Met een team van vrijwilligers wordt de bus opnieuw hersteld tot een rijdend stukje nostalgie, klaar om weer passagiers mee te nemen en herinneringen op te roepen.

Een langdurig project met veel laswerk
De bus, die vroeger door het Friese openbaar vervoer werd ingezet, is momenteel een belangrijk project voor het museum. “Nou ja, hij had een vochtprobleem, zal ik maar zeggen,” vertelt Sipke Hulzinga, vrijwilliger en technische kracht achter de restauratie. “De beplating begon zowel aan de binnen- als buitenkant op te bollen, wat betekent dat er vocht in zat. We hebben de hele linker zijkant eruit gehaald, zowel de binnen- als buitenkant. Er is veel laswerk aan te pas gekomen, en nu zijn we zover dat we de bus weer aan het opbouwen zijn.”
Hulzinga, die al jarenlang ervaring heeft in de techniek en als voormalig garagewerker, is een van de weinige vrijwilligers met technische kennis van het restauratieproces. “Het laswerk alleen al heeft ons meer dan een half jaar gekost,” vertelt hij. “Maar ik werk hier maar twee dagen per week, dus wat dat betreft is het niet zo’n ramp. Toch is het wel een langdurige kwestie.”

Herstelwerk en verrassingen
Het restauratieproces is een complexe taak. “We hebben eerst het hele interieur aan de zijkant eruit gehaald, inclusief de banken en het houtwerk. De vloer aan de linkerkant was compleet rot, dus die moest eruit,” legt Hulzinga uit. “Toen bleven we met het ijzeren geraamte over, dat we hebben moeten repareren en herstellen. Daarna zijn we begonnen met het terugplaatsen van de vloer, de betimmering en tenslotte de buitenbeplating.”
Een van de verrassingen tijdens de restauratie was dat het achterdeel van de bus in slechtere staat was dan aanvankelijk gedacht. “We dachten dat we alleen de zijkant moesten doen, maar toen we bij het achterdeel kwamen, bleek dat daar eigenlijk helemaal geen ijzer meer zat. Het plaatwerk hing er nog, maar het zat niet goed vast,” aldus Hulzinga. “Daar heeft ook veel werk in gezeten.”
In de loop van de restauratie moest het team ook onderdelen op maat maken, omdat originele onderdelen niet meer beschikbaar waren. “Dat is bij elke restauratie het geval,” zegt Hulzinga. “Je moet alles zelf maken, want dit soort dingen liggen niet zomaar in de winkel.”

‘Als ik toeterend voorbij rij, dan is het klaar’
Hoewel de bus momenteel nog niet rijdt, is het de bedoeling dat hij in de toekomst weer de weg op gaat. “Rijdende bussen brengen geld op,” legt Hulzinga uit. “Wij moeten bestaan van de opbrengst van ritten met onze rijdende bussen en van de catering in het museum. Het is voor ons een belangrijke inkomstenbron.” De bus zal voor verschillende gelegenheden worden ingezet, van bedrijfsfeesten en reünies tot trouwerijen en zelfs begrafenisritten. “Het is maar net wat mensen willen,” zegt Hulzinga. “We rijden ook wel eens voor Omrop Fryslân.”
Wanneer de bus precies weer zal rijden, kan Hulzinga nog niet zeggen. “Als ik voor mezelf iets restaureer, krijg ik altijd de vraag: ‘Wanneer is het klaar?’ Mijn antwoord is altijd: ‘Als ik toeterend voorbij rij, dan is het klaar’,” lacht hij. “We leggen onszelf geen druk op, want dat zorgt alleen maar voor fouten. We willen geen haastwerk.”

Nostalgie in de lucht: Herkenbare geur en sfeer van de oude FRAM-bus
De FRAM-bus uit 1971 is een van de pronkstukken van het museum. “Het is zeker een bus die veel mensen kennen,” zegt Hulzinga. “Iedereen heeft wel eens in een FRAM-bus gezeten, bijvoorbeeld tijdens zijn schooltijd. Het maakt deze bus extra bijzonder.”
Bezoekers die de bus in het museum zien, worden vaak herinnerd aan de nostalgische geur en het interieur. “Mensen komen vaak binnen en zeggen: ‘Het ruikt nog net als vroeger’,” vertelt Hulzinga. “Dat is voor veel mensen een mooie ervaring. Het ziet er niet alleen uit zoals vroeger, het voelt en ruikt ook zo.”
De restauratie van deze iconische FRAM-bus is een tijdrovend proces, maar voor de vrijwilligers in het NOV Busmuseum is het de moeite meer dan waard. Ze zorgen er niet alleen voor dat de bus in oude glorie hersteld wordt, maar dragen ook bij aan het behoud van een stukje Friese geschiedenis.